In melkcontrolejaar 2019/2020 produceerde de Nederlandse melkkoe in de MPR gemiddeld 9.203 kg melk. De ruim 240.216 koeien die werden afgevoerd, produceerden 34.000 kg melk met 1.481 kg vet en 1.210 kg eiwit in 1.183 gebruiksdagen. Het aantal afvoerkoeien lag op een relatief laag niveau.
Met de nieuwe MPR-jaarcijfers kan de conclusie getrokken worden dat trends voor productie en eiwitgehalte stijgende zijn. De levensproductie was bijna 2.500 kg meer dan een jaar eerder en steeg voor het tweede jaar op rij en ook het voor het tweede jaar op rij werd een Nederlands record gevestigd qua levensproductie. De melkproductie per dag was afgelopen jaar 0,2 kg hoger. De gehalten lagen op 4,4 procent vet en 3,6 procent eiwit. De tussenkalftijd bleef met 407 dagen stabiel. De grootte van de gemiddelde veestapel in de MPR nam toe van 99 tot 104 melkkoeien.
Bij alle rassen in de MPR stegen de kengetallen. Dr zwartbonte Holstein-koeien produceerden gemiddeld 10.688 kg melk met 4,34 procent vet en 3,56 procent eiwit. De roodbonte Holstein-koeien produceerden 9.838 kg melk met 4,54 procent vet en 3,67 procent eiwit.
Duurzaamheids- en productietoppers
Melkveebedrijf Van der Mark (115 melkkoeien, melkrobots) bereikte een EJR van 3.303 met 15.146 kg melk met 3,85 procent vet en 3,56 procent eiwit en behaalde daarmee de hoogste gemiddelde productie. De koeien van H.J. Verheijen uit Nederweert werden afgevoerd met de hoogste gemiddelde levensproductie: 72.117 kg op een leeftijd van 9 jaar en 7 maanden. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat de top 10 van bedrijven met de hoogste levensproductie bestaat uit bedrijven met 10 tot 15 melkkoeien, zo ook Verheijen. Nog kleinere bedrijven werden er uitgefilterd. De hoogste levensproductie van de nog aanwezige koeien werd gehaald door melkveehouder M. Schenk uit Barsingerhorn met 22 melkkoeien die gemiddeld 7 jaar en 6 maanden oud zijn en een productie van gemiddeld 53.019 kg op naam hebben. In deze top 10 staan 7 bedrijven met 60 of meer koeien, de andere 3 hebben er tussen 14 en 31.
Tekst: Katrin Hilbk-Kortenbruck – Wilbert Beerling
Bron: CRV