Europese melkveehouders zullen in het laatste kwartaal 1,06 miljoen ton melk minder leveren. Vermenigvuldig je dit aantal kg’s met 14 cent, dan kom je op 148,4 miljoen. De beschikbare 150 miljoen gaat dus net niet op.
Doordat de 150 miljoen niet overschreden wordt, zijn alle aanvragen gehonoreerd. De landen die absoluut gezien het hardst in de Europese productie hakken zijn in volgorde:
- Duitsland met 286 miljoen kg (9.947 deelnemers)
- Frankrijk met 181 miljoen kg (ca. 13.000 deelnemers)
- Verenigd Koninkrijk met 112 miljoen kg (1.849 deelnemers)
- Nederland met 80 miljoen kg (3.932 deelnemers)
Duitsland neemt dus ruim een kwart van de vermindering voor rekening. Bij dit lijstje moet worden opgemerkt dat geen gespecificeerde cijfers uit Italië bekend zijn en tevens dat de melkprijs daar structureel hoger is. Ierland nadert met 74 miljoen kg Nederland, circa 4.500 Ierse melkveehouders schreven in. De Denen reduceren met 30 miljoen kg. In Oostenrijk schreven 4.000 melkveehouders in die met elkaar 26 miljoen kg melk minder denken te leveren.
52.101 melkveehouders
In totaal schreven uit 27 lidstaten, de Grieken doen niet mee, 52.101 melkveehouders in. Op 1,06 miljoen ton is dat 20.346 kg per inschrijving, dat vertegenwoordigt een vergoeding van 2.848,31 euro.
Ook voor stoppers
De melkveehouders in de EU leverden in 2015 met elkaar 151,3 miljard kg melk, waarvan 36,7 miljard kg in het laatste kwartaal. De eerste ronde van de melkverminderingsronde loopt van oktober tot en met december 2016. In dit kwartaal zal dus een miljard kg minder worden geproduceerd, dan wel geleverd. Daarbij hoort de opmerking dat wie in juli 2016 nog leverde, ook kon inschrijven. Ingeschreven melkveehouders die intussen zijn gestopt beuren dus ook 14 cent voor maximaal de helft van de melk die ze in het laatste kwartaal van 2015 leverden. Een voorwaarde is immers dat maximaal de helft van de geproduceerde hoeveelheid van kwartaal vier vorig jaar, kan worden aangemeld voor de regeling.
Lagere uitbetalingsfactor bij kleinere vermindering
Verder moeten melkveehouders voor uitbetaling nog aantonen dat ze daadwerkelijk minder hebben geleverd via de registratie van de (erkende) afnemer. Blijkt daaruit dat meer dan 80 procent van de aangemelde hoeveelheid inderdaad niet is geleverd, dan wordt 14 cent per daadwerkelijk minder geleverde kg uitbetaald. Is minder dan 80 procent daadwerkelijk niet geleverd, dan geldt een korting op de uitbetaling. De uitbetalingsfactor is bij 50 tot 80 procent daadwerkelijke vermindering ten opzichte van de inschrijving 0,8. Bij 20 tot 50 procent 0,5 en daaronder 0.
Dus schreef je in voor 40.000 kg en is de daadwerkelijke vermindering 30.000 kg (25 procent), dan wordt 30.000 kg x 0,8 x 0,14 euro uitbetaald, dus 3.360 euro terwijl bij een daadwerkelijke vermindering van 40.000 kg 5.600 euro uitbetaald zou worden. Wie meer productie vermindert dan is toegewezen, krijgt niet meer kg’s vergoed.
11.000 ton over
Voor nu is er na de eerste ronde is er nog geld om 11.000 ton niet te leveren melk te vergoeden tegen 14 cent. Melkveehouders kunnen inschrijven tot 12 oktober 12.00 uur. Nog eens deelnemen aan de regeling kan niet. De tweede ronde loopt namelijk in de maanden november tot en met januari. Dezelfde kg melk zou dan tweemaal vergoed worden.
