Bij minder ruwvoer, zoals komende winter voor sommige melkveehouders het geval is, wordt voerstro vanzelf een betekenisvoller product. De kwaliteit van stro is als gevolg van de droogte wel goed. De grote uitdaging is het maken van een strohoudend rantsoen dat de dieren niet uitselecteren.
Let daarom op de haksellengte en de uniformiteit van de deeltjeslengten (3 tot 4 cm). Lang stro kan worden gehakseld of gehamerd voor het gevoerd wordt. Ook door toevoeging van water kan voerselectie verder worden voorkomen. Water toevoegen wil niet direct zeggen dat je er een compact-TMR van maakt. De basisbeginselen van een geslaagd compact-TMR gelden bij watertoevoeging echter ook: een laad- en mengprotocol opstellen met op welk moment water wordt toegevoegd. Bijvoorbeeld na het laden van de mais, hoeveel drogestof het eindproduct moet bevatten (38 tot 40 procent) en de mengtijd zodat de structuur van het rantsoen iedere dag hetzelfde is.
Ook stro is dit jaar niet overmatig voorradig, als stro gevoerd kan het aanbevelenswaardig zijn na te denken over een alternatief boxstrooisel indien de diepstrooiselboxen worden ingestrooid met stro.
Tekst: Katrin Berkemeier, Wilbert Beerling