Epizootic Hemorrhagic Disease virus (EHDV) is van Noord-Afrika naar Europa gekomen en wordt door stekende insecten, zoals knutten, overgebracht. Vooral herten zijn gevoelig, maar de meeste gevallen betreffen gehouden runderen. Om dierenartsen te ondersteunen bij de diagnose, biedt DGZ Labo vanaf nu een PCR- en ELISA-analyse op EHDV aan.
EHD (Epizootic Hemorrhagic Disease) is een ziekte die veroorzaakt wordt door een orbivirus (type RNA-virus). De ziekte komt voornamelijk bij herten voor, maar ook runderen en schapen kunnen ziek worden. EHD is geen zoönose en dus niet overdraagbaar op mensen. Deze virale ziekte wordt net zoals blauwtong verspreid door knutten (Culicoides). In Franrijk, Italie, Portugal en Spanje zijn besmettingen vastgesteld. Het virus is door vectoren via de lucht overgebracht vanuit noordelijk Afrika naar de Zuid-Europese gebieden. Het genoom van het virus dat in Europa is aangetroffen komt overeen met dat van besmettingen in Tunesië in 2021.
Het EHD-virus tast de binnenzijde van de kleine bloedvaten aan, waardoor oedeem, bloedingen en ulcers kunnen ontstaan die zich uiten in symptomen als ontstekingen in de mond, neus en darmen, maar ook kreupelheid.
Detectie van EHD
Sinds 2008 staat EHD op de lijst van het Office International des Epizooties (OIE), een organisatie die wereldwijd dierziekten monitort. In België en Nederland zijn momenteel nog geen EHD-besmettingen gerapporteerd. In november 2022 werd het virus voor het eerst op het Europese grondgebied, op de Italiaanse eilanden Sicilië en Sardinië, bij runderen vastgesteld.
Diergezondheidsdienst Vlaanderen biedt nu diagnosetools voor EHD. Een ELISA-test en een PCR-test:
- ELISA-test: Deze test screent op de aanwezigheid van antistoffen tegen alle bekende EHDV serotypes in serum. De uitslag stelt vast of de dieren in contact zijn geweest met het virus. De vorming van antistoffen (seroconversie) treedt op tussen 7 en 15 dagen na de infectie.
- PCR-test: Deze test detecteert de aanwezigheid van genetisch materiaal van EHDV in ongestold bloed en weefsel. De PCR-test kan gepoold worden voor maximaal 10 monsters. De methode controleert dieren op de aanwezigheid van het agens, wat belangrijk is voor bijvoorbeeld import en export.
De meeste koeien die besmet raken laten geen klinische symptomen zien. De dieren die wel klinische symptomen zien, hebben te maken met productieverliezen van 10 tot 20 procent. Over het verwantschap tussen blauwtong en het EHD-virus en de gevolgen van besmetting bij runderen lees je hier.
Bronnen: GD, EFSA, DGZ Vlaanderen