De zuivelindustrie kan door middel van aanpassingen aan het voer van melkvee haar methaanuitstoot sterk verminderen. Professor Alexander Hristov van Penn State University hield op de recente Tri-State Dairy Nutrition Conference in Indiana een lezing over het verminderen van de CO₂-voetafdruk door het aanpassen van het voer op melkveebedrijven.
De CO₂-voetafdruk is de totale uitstoot van broeikasgassen. Methaan uit mest en darmfermentatie van vee was in 2020 verantwoordelijk voor ongeveer 40 procent van alle broeikasemissies in de Amerikaanse landbouw. In Nederland was dit 53 procent in 2021. Van de totale methaanemissie in de Amerikaanse landbouw kwam 67 procent van rund- en melkvee.
Of aanpassing van het rantsoen de uitstoot kan verminderen hangt af van de werkwijze van het melkveebedrijf, bijvoorbeeld of het een groter of kleiner en een intensief of extensief bedrijf is. Volgens Histrov is het onwaarschijnlijk dat het veranderen van voeringrediënten en het rantsoen een grote afname van methaan in de darmen zal betekenen. Wel kunnen toevoegingen zoals macroalgen en 3-nitrooxypropanol (3-NOP) een grotere reductie opleveren.
Fermentatie van koolhydraten en zetmeel
Een recent onderzoek aan het Oskar Kellner Instituut in Dummerstorf, Duitsland, toonde aan dat verteerbare koolhydraten in het dieet van runderen de methaanproductie kunnen bepalen. Het gaat dan om koolhydraten zoals suikers, zetmeel en stikstofvrije reststoffen. “Het is bekend dat methaan uit de darmen wordt aangemaakt door materiaal gefermenteerd in de pens. Als er meer voedingsstoffen, met name koolhydraten, worden gefermenteerd door de pensmicroben, zal de methaanproductie naar verwachting toenemen, omdat de afvoer van reductie-equivalenten toeneemt.”
Het is bewezen dat zetmeelfermentatie meer vezels kan fermenteren, waardoor propionaat ontstaat in de pens. Daardoor is een hoger zetmeelgehalte in het rantsoen juist een methode om de methaanemissie te verlagen. Verhoging van de zetmeelconcentratie in het dieet naar boven de standaard 20 tot 30 procent die in de Verenigde Staten veel wordt gebruikt, kan de methaanemissie in de darmen verminderen.
Aanpassingen in het rantsoen
Het is goed om op te merken dat aanpassing van het rantsoen, zoals het verbeteren van de kwaliteit en verteerbaarheid van het ruwvoer, het aandeel beschikbaar krachtvoer verhoogt om de methaanemissie in de darmen te helpen verminderen. Van macroalgen en 3-NOP is bewezen dat ze de methaanuitstoot verminderen, hoewel 3-NOP door meer onderzoeken en bewezen resultaten wordt ondersteund.
Verdere onderzoeken zullen nodig zijn om de effecten van het rantsoen op de mestsamenstelling aan te tonen, evenals de broeikasgasemissies van mestopslag en het uitrijden van mest. Als deze reductiemaatregelen consistente resultaten opleveren, heeft voeding alleen al de potentie om de uitstoot van methaan uit de darmen van melkvee met 60 procent te verminderen, aldus Hristov.
Bron: Hoard’s Dairyman