Melkveehouders in de Verenigde Staten kunnen hun voersaldo afzekeren op basis van een vaste bijdrage per historisch geleverde eenheid melk. In de vier staten waar het minst gebruik wordt gemaakt van de vrijwillige regeling, kromp de melkveestapel dit jaar het hardst.
Sinds 2018 kennen de Verenigde Staten drie periode waarin het aantal melkkoeien in de staten significant en snel daalde. Het gaat om de drie volgende periodes:
- Januari 2018 tot juli 2019: een krimp van 118.000 melkkoeien
- Mei 2021 tot januari 2022: een krimp van 140.000 koeien
- Maart 2023 tot augustus 2023: een krimp van 54.000 koeien
In de laatste periode, was er slechts in vier staten sprake van krimp. De meerderheid van de 24 staten die voor de melkveeproductie van noemenswaardig belang zijn, hield de veestapel op peil of er was sprake van een lichte groei. De vier staten waarin de melkveestapel aanzienlijk daalde in de laatste vijf maanden waren California, Kansas, Nieuw Mexico en Texas.
Dat roept ook de vraag op hoe de staten er ondanks lage marges in zijn geslaagd de veestapels op peil te houden. Deze vraag is niet eenduidig te beantwoorden, maar het ondersteuningsprogramma Dairy Margin Coverage (DMC) speelt mogelijk een essentiële rol. Melkveehouders in de Verenigde Staten kunnen vrijwillig deelnemen aan dit programma dat bijspringt als het voersaldo (melkprijs minus voerkosten) onder een bepaald minimum komt. Hoe hoger een melkveehouder de minimummarge kiest, des te hoger de inleg per historisch geleverde eenheid melk.
16 procent naar 4 staten
Deelnemende melkveehouders hebben in dit jaar 1,2 miljard dollar ontvangen uit het programma. Hoewel de staten California, Kansas, Nieuw Mexico en Texas 30 procent van de melk in de Verenigde Staten produceren, ging 16 procent van de DMC-betalingen van dit jaar naar deze vier staten.
Dat betekent dat melkveehouders in alle andere staten gezamenlijk meer dan een miljard hebben ontvangen uit de DMC-kas. Tussen 1 januari en nu was melk in de Verenigde Staten goed voor een omzet van naar schatting 34 tot 35 miljard dollar. De overige 46 staten produceren gezamenlijk 70 procent van de melk. Dat betekent dus dat de betalingen uit het DMC een significant effect hebben op het inkomen van de deelnemende melkveehouders. Hoewel het DMC, of diens voorganger nooit met de intentie in het leven is geroepen om langdurige of terugkerende periodes van margeschommelingen op te vangen, lijkt het er toch op dat de regeling veel melkveehouders helpt het hoofd boven water te houden in dit uitdagende jaar.
Melkkoeien en melkveebedrijven in de Verenigde Staten.
De Verenigde Staten telde vorig jaar 9,4 miljoen melkkoeien op ruim 36.000 melkveebedrijven. Dat betekent dat op een bedrijf gemiddeld zo’n 260 koeien worden gemolken. De gemiddelde productie per koe per jaar ligt net boven 11.000 kg.
Bronnen: The Bullvine, Cornell Universiteit
