Op Dairy Campus kregen drie groepen van 20 koeien in een proef van 12 weken rantsoenen met ontsloten gras. De effecten op methaanemissie, voeropname en melkproductie werden gemeten en waren nauwelijks negatief.
Koeien waarbij de helft van de droge stof uit conventionele kuilgras werd vervangen door ontsloten gras, behaalden dezelfde producties en gehalten als koeien die een rantsoen met gangbaar gras kregen. Ontsloten gras, of geraffineerd gras, wordt geperst waardoor met de perssappen de helft van het eiwit, het suiker en de mineralen uit het gras komt. Ook de voedingswaarde van ontsloten gras is vanzelfsprekend lager. Het totale rantsoen bevatte een procent minder ruw eiwit. Dat geldt ook voor één onderzoeksgroep waarbij de helft van de drogestof uit graskuil door natuurgras werd vervangen dat hetzelfde eiwitpercentage bevat als ontsloten gras. Bij deze groep zakten productie en gehalten echter wel weg. Ook de voeropname daalde bij dit rantsoen.
Ontsloten gras beter benutbaar
De groep die ontsloten gras kreeg, kreeg dezelfde voedingswaarden binnen als de groep die natuurgras kreeg. De groepen kregen dezelfde hoeveelheden minder binnen dan de groep die conventioneel gras kreeg, maar de groep die ontsloten gras kreeg, produceerde vergelijkbaar met die groep. Volgens projectleider André Bannink van Wageningen University & Research betekent dit dat de koeien ontsloten gras beter kunnen verteren en benutten. De koeien die ontsloten gras kregen lieten eerst wel een lager melkeiwitgehalte zien wat later weer bijtrok.
Ontsloten gras
Ontsloten gras is de overblijvende vezel van gras dat geraffineerd (geperst) wordt. Het bij het raffineren gewonnen graseiwitconcentraat en suikerconcentraat is geschikt als ingrediënt voor diervoeders en mogelijk ook voor humane consumptie.
Greenfeed
Met de Greenfeed werd ook de methaanemissie gemeten van de koeien in de onderzoekgroepen. De koeien die het vezelrijke natuurgras kregen hadden de hoogste methaanemissie. De koeien die conventioneel kuilgras kregen de laagste. De koeien die het ook relatief vezelrijke ontsloten gras kregen, emitteerden meer methaan, maar niet veel meer dan de koeien die gewoon kuilgras kregen. De mate van methaanemissie hangt meestal samen met de vezelrijkheid van het rantsoen. Waarom de koeien met ontsloten gras niet zoveel meer methaan vormden, is nog de vraag.
Uit eerdere studies uit Ierland is gebleken dat voeren van ontsloten gras zowel de fosfaat- en stikstofefficiëntie verbetert. Onder laboratoriumomstandigheden kon een 13 procent lagere methaanemissie bereikt worden.
Bron: Dairy Campus
