Longontsteking en hevige diarree bij een kalf kunnen op lange termijn zorgen voor meer uitval en minder productie. Daarom moeten veehouders meer letten op ziekte- en behandelcijfers en minder op de sterftecijfers, volgens Trent L. Lartz van Ridge View Animal Consulting.
Als een kalf in de eerste twee weken diarree krijgt en daarvoor langer dan 24 uur behandeld moet worden, is de kans groter dat het kalf overlijdt. Ook zorgt het voor een lagere productie als volwassen koe. Onderzoeken laten zien dat longontsteking of hevige diarree in de eerste vier levensmaanden, op lange termijn zorgt voor een lagere melk-, eiwit- en vetproductie.
Longontsteking zorgt voor blijvende schade aan de longen, waardoor ademen het dier meer energie kost. Die energie gaat dan niet naar groei of melkproductie. Longontsteking bij niet-gespeende kalveren zorgt voor een vier procent lagere productie in de eerste lactatie en in de tweede lactatie acht procent. Een tweede longontsteking verhoogt dat tot vijf en tien procent.
Kalversterftecijfers VS
In de Verenigde Staten is de kalversterfte zes tot acht procent. Volgens de Dairy Calf and Heifer Association moet geprobeerd worden dat naar maximaal drie procent te krijgen voor kalveren van 24 uur tot 60 dagen.
Kalversterftecijfers Nederland
In Nederland ligt het sterftecijfer voor kalveren rond en tijdens de geboorte op 7,5 procent. In de eerste twee weken na de geboorte is dat 3,2 procent en voor niet-gespeende kalveren 3,9 procent. Van de rest van de kalveren haalt 2,7 procent het eerste jaar niet.
Streefwaarden voor behandeling
De Dairy Calf and Heifer Association zegt ook dat het doel moet zijn dat minder dan 10 procent van de kalveren een longontsteking krijgt en minder dan 15 procent diarree waarvan de behandeling langer duurt dan 24 uur.
Minder behandelen
Volgens Lartz moeten veehouders meer letten op de hoeveelheid behandelingen dan op de sterftecijfers. Als de ziekte- en behandelcijfers omlaag gaan, volgen de sterftecijfers vanzelf volgens hem. Een kalf te vaak behandelen kost veel en dat geld wordt vaak niet terugverdient. Het kalf heeft een grotere kans om alsnog uit te vallen en produceert later minder.
Bron: Progressive Dairy, Raad voor Dieraangelegenheden
