Heine Kuhr over zijn ronde stal voor 600 koeien

De Deense familie Kuhr bouwde in het noorden van Denemarken een ronde ligboxenstal met de draaimelkstal in het midden. Het idee was dat de koeien de hele dag door naar de carrousel zouden gaan om daar hun individuele portie TMR op te nemen. Inmiddels is er een voergang aan de ronde stal gebouwd.

Van afstand vraag je jezelf af wat de functie zou kunnen zijn van een groot rond gebouw in het open veld van Rødkærsbro, van dichtbij wordt duidelijk dat het een ligboxenstal betreft. De ongewone stal werd in 2001 gebouwd door familie Kuhr. Centraal in de stal vind je de melkcarrousel, een binnenmelker met 60 stands.

TMR in de carrousel

Het oorspronkelijk idee was de koeien alleen in de carrousel te voeren met individuele porties TMR. Tussen de melkbeurten zouden de koeien dan meerdere malen de melkstal bezoeken. Zodoende werd de voergang uitgespaard. De voerinstallatie die de koeien TMR in de carrousel moest gaan voeren functioneerde echter vanaf het begin al niet goed. “We zijn de koeien toen gaan voeren in de oude stal die grenst aan de nieuwe ronde stal”, vertelt Heine Kuhr, hij is op het bedrijf verantwoordelijk voor de melkveetak. In 2008 werd het dak van de nieuwe stal rondom verlengd om een voergang te creëren. Sindsdien wordt gevoerd met een automatisch voersysteem van Trioliet.

Hoge voerefficiëntie

Dankzij het automatische voersysteem kan Kuhr de koeien voeren in lactatiegroepen en meerdere keren per dag vers voer uitdoseren. “Dat is de basis van onze goede voerefficiëntie”, zegt Kuhr. Ondank de productie van gemiddeld 11.253 kg ECM per koe, voert Kuhr niet meer dan 240 gram krachtvoer per kg ECM. Dat is terug te zien aan de lage directe kosten van 16 eurocent en een break-evenpoint van 27,9 cent per kg ECM. De EDF (European Dairy Farmers)-bedrijven hebben gemiddeld directe kosten van 17,7 cent per kg ECM*.

Kengetallen

600 koeien
11.253 kg energie-gecorrigeerde melk (ECM)
800 ha (ook tuin- en akkerbouw)
10 medewerkers voor de melkkoeien

Naast voerefficiëntie heeft is ook het thema duurzaamheid een rol van grote betekenis gaan spelen op het bedrijf van familie Kuhr. Daarom is inmiddels ook geïnvesteerd in een biogasinstallatie waarin vooral rundveemest wordt vergist. Het gewonnen biogas wordt via een pijpleiding aan een Arla-fabriek in de buurt geleverd waar een warmtekrachtkoppeling er stroom en warmte van maakt. De digestaat blijft op het melkveebedrijf. “De biogasinstallatie is niet onze enige stap richting duurzaamheid, we vinden het net zo belangrijk zo min mogelijk afval en voerresten te produceren als mogelijk”, vervolgt Heine Kuhr.

Melkveehouder Heine Kuhr uit Rødkærsbro, Denemarken

Over tien jaar nieuwe stal?

De productie mag dan op een hoog peil liggen, Kuhr ziet nog het nodige verbeterpotentieel. De levensproductie van de koeien is met gemiddeld 29.488 kg ECM een doorn in het oog. “Op het gebied van koecomfort zijn we zeer beperkt, door de vorm van de stal kunnen we de ligboxen niet vergroten en aanpassen aan de behoeften van de koe”, besluit de melkveehouder. Bovendien heeft de stal veel doodlopende looproutes, dat betekent meer stress voor jonge en ranglage koeien.

Hoe de toekomst van de melkveetak er uit ziet, daarover is Kuhr nog niet vastbesloten. “Het voersysteem, de draaimelkstal en het staldak kunnen nog zo’n tien jaar mee. Of we daarna weer een volledig nieuwe stal bouwen, daarover zijn we nog niet uit.” Om niet afhankelijk te zijn van de melkkoeien, hebben Heine Kuhr en zijn broer en vader al ingezet op meer diversificatie. Naast biogasinstallatie mesten ze ook stieren en varkens.