Het glasheldere doel van Koninkrijk Qatar is om in de nabije toekomst zelfvoorzienend te zijn voor melk en zuivel. Daarom wordt midden in de woestijn een melkveebedrijf voor 14.000 koeien uit de grond gestampt. Per schip zijn al 6.000 koeien onderweg van Noord-Amerika richting de Perzische Golf.
Diep in de woestijn van Qatar staat een koppel melkvee in een reusachtige stal. Nevelwolken trekken door de gebouwen. Aan het plafond hangen ventilatoren met waterverstuivers die de koeien koelen.
Het nieuwe zuivelcomplex van Baladna ligt midden in de woestijn.
Melkkoeien zijn uiterst waardevol voor de woestijnstaat Qatar. Nu het Koninkrijk sinds afgelopen juni wordt geboycot door het naastgelegen Saoedi-Arabië en zijn bondgenoten, de Verenigde Arabische Emiraten, Bahrein en Egypte, is het nodige veranderd in de Emiraat Qatar. De boycot bemoeilijkt de aanvoerroute over water, via de Perzische Golf, maar ook de grens met het enige aangrenzende vasteland,van Saoedi-Arabië, kan niet langer als aanvoerroute gebruikt worden. Voorheen kwam dagelijks circa 400 ton verse melk en yoghurt via deze route Qatar binnen. Ook de lijnvluchten van de boycot-landen, landen niet meer in Doha. Vele Qatari zien de boycot echter als kans voor een bredere economie inclusief zuivelindustrie. De regering in Doha heeft als doel gesteld halverwege 2018 zelfvoorzienend te zijn in melk en melkproducten.
9.000 koeien uit de USA per schip naar de woestijn
Het in Doha gestelde doel zal bereikt worden door een melkveebedrijf voor 14.000 Holstein-koeien te bouwen binnen het landbouwbedrijf Baladna. Zo verklaarde directeur John Dore in een interview met persbureau Reuters. “We zullen Qatar in juni 2018 zelfvoorziend maken, dat is het doel”, benadrukt Dore. 40 procent van de melk die in Qatar nodig is, zal door de 14.000-koppige koppel van Baladna geproduceerd worden.
Meer dan 6.000 koeien zijn al aangekocht in de USA. Op z’n laatst in februari 2018 zullen ze in Qatar aankomen. Begin 2018 zullen nog een 3.000 koeien in de USA ‘bestelt’ worden.
De koeien worden gemolken in tenminste één buitenmelker van Dairymaster
Enkele honderden koeien worden op dit moment al met robots gemolken op een ander melkveebedrijf van Baladna in Um al Hawaya, 50 kilometer ten noorden van Doha.
Koelen tot 25 graden Celsius
Melk produceren in de brandende Arabische zon? Hoe zou dat gaan? John Dore komt van oorsprong uit Ierland. Hij werkte voorheen voor de zuivelgigant Almarai in Saoedi-Arabië. Hij weet dus dat het melken van koeien in een klimaat met temperaturen tot wel 50 graden Celsius in de zomer, een extreme uitdaging is. De diepe zakken van de Qatari die Baladna bezitten en moderne techniek compenseren de voor Holstein-koeien extreme omgeving. De temperatuur in de stallen wordt omlaag gebracht tot 25 graden.
Geld lijkt geen rol te spelen
Het opbouwen van een zuivelindustrie toont aan hoe het kleine, maar zeer welvarende land, ’s-werelds grootste exporteur van gecondenseerd aardgas, geld en innovatieve techniek gebruikt om met de isolatie van de buurlanden af te rekenen.
Baladna is een privaat investeringconsortium dat weliswaar ondersteuning krijgt van de regering in Doha. Aanvankelijk legde Baladna zich toe op de fokkerij van schapen. Al voor de boycot werd het opzetten van een zuiveltak bediscussieert. Deze optie werd echter snel verworpen, omdat concurreren met de ingevoerde zuivel van Almarai geen haalbare kaart was.
De boycot heeft de kaarten echter opnieuw geschud. Hoewel Qatar wel zuivel vanuit Turkije en Iran laat invliegen, heeft het toch besloten een eigen zuivelsector op poten te zetten.
Al in de eerste weken van de diplomatieke crisis liet Baladna 3.400 koeien melkkoeien invliegen door de staatsluchtvervoerder, Qatar Airways.
Zelfvoorziening in juni 2018 gegarandeerd
De verwachting is dat tot juni de productie van verse melk en yoghurt stijgt tot 500 ton per dag. Dat is meer dan voldoende voor de binnenlandse markt en er blijft zelfs 100 ton over voor de export als Baladna volledig operationeel is.
Desalniettemin heeft Baladna nog geen financiële details van het project laten zien. Het blijft dus de vraag of de onderneming de zuivel tegen een verantwoorde prijs kan produceren, laat staan of het op de internationale markt kan concurreren.
De ruwvoerteelt van Baladna met continu beregening, een zeer dure aangelegenheid.
Bronnen: The Peninsula / theguardian.com / independent.ie / dairyherd.com
Tekst: Gregor Veauthier – Foto‘s: Baldana